Beregening gewassen geeft druk op werkzaamheden

Geen regen betekent veel extra werk, zowel voor de fabrikant, het onderhoudsbedrijf als de boer. Voor de volgende editie van Agrarisch Flevoland ga ik in gesprek met het Waterschap.

Onderstaand verhaal is uit Agrarisch Flevoland, editie 3, 2020.

De oranje beregeningsinstallaties van AP Machinebouw zijn in de Noordoostpolder niet meer weg te denken uit het landschap. De droogte legt druk op de handel en de werkzaamheden van de landbouwers.

‘De haspels en de pompen zijn niet aan te slepen’, vertelt Dries Schra van mechanisatiebedrijf Weevers Nieuwstad BV in Rutten. ‘We zijn helemaal uitverkocht. De vraag is vele malen groter dan het aanbod. De fabriek van AP Machinebouw zit hier vlak achter op het industrieterrein van Rutten. Er is geen enkele beregeningsinstallatie meer op voorraad. Inruil krijgen we ook bijna niet meer binnen. Het merendeel wat we verkopen is aanvulling op het bestaande materieel.’

Het vele beregenen legt druk op de werkzaamheden van het mechanisatiebedrijf. ‘Voorheen konden we alle onderhoudswerkzaamheden met betrekking tot de beregeningsinstallaties in de winter doen. Tegenwoordig worden ze zoveel gebruikt, dat we het hele jaar door met onderhoud bezig zijn. Veel boeren zijn half maart al gestart met beregenen. De machines zijn continu in werking, waardoor ook nu al de onderhoudswerkzaamheden op gang komen.’

Het is het derde droge jaar op rij. In het najaar van 2019 is er veel water gevallen, maar dit was niet genoeg om de droogte van de twee zomers ervoor op te vangen. Joost Kreulen van Koomen Bloembollen in Ens is volop aan het beregenen op de (gekopte) tulpen. De bollen hebben water nodig om te groeien en een mooie grote en vitale bol te vormen. ‘We beregenen voor een betere oogst en opbrengst’, vertelt Kreulen. ‘We hadden een natte winter waardoor de bollen goed geworteld zijn, maar daarna was het gelijk weer heel droog. Starten we normaal met het beregenen van de tulpen na het koppen, dit jaar zijn we al in maart gestart met het beregenen van de tulpen en is het continu doorgegaan. Veel telers beregenen ’s nachts, omdat er dan minder wind staat. Zij staan dan middenin de nacht op om de haspel nog een keer te verzetten. Dat doen wij niet. Tegenwoordig gaat de wind ook niet meer iedere nacht liggen, dus wij verzetten de haspel ’s avonds en daarna ’s ochtends vroeg weer.’

Zowel Kreulen als Schra zijn goed te spreken over de samenwerking met het Waterschap. Kreulen: ‘We zitten hier vlakbij een infiltratiegebied, waardoor we altijd vers water hebben uit het IJsselmeer.’ Schra: ‘We kennen hier geen beperkingen met betrekking tot beregenen. Het Waterschap denkt goed mee. Wel is het noodzakelijk dat boeren onderling afspraken maken, wie wanneer welke sloot gebruikt.’ De meeste gewassen kunnen met water uit de sloot, oppervlaktewater beregend worden. Enkele gewassen, zoals pootaardappelen vormen hier een uitzondering op en worden beregend vanuit bronnen.